Translate

woensdag 1 juli 2015

Uitstapjes 23 - 28 juni

Ucluelet met Rainforest, Pacific Ocean en KwisitisVisitor Centre (filmpje!) 
Pacific Rim National Park Reserve stond uiteraard ook op ons verlanglijstje. Hier komen twee grootse landschappen bij elkaar: het gematigd regenwoud en de stranden langs de Pacific Ocean. Er zijn veel trails, zowel zware als meer "toegankelijke". Wij hebben de (korte) Rainforest Trails gelopen, enigszins te vergelijken met die in Capilano bij Vancouver. Je loopt als het ware over een soort bruggen, plankieren van heel dikke dwarsbalken, met trappen naar boven en beneden, door een woud van grote naaldbomen, vooral Red Cedars (Thuja's!), Douglas en Hemlocksparren. Daaronder varens, varens, varens en op de ene plaats wat meer loofstruiken dan op de andere. We zagen er een Hummingbird, een kolibrie, echt net een heel groot insect. Doordat het zo droog was, had het bos niet de sfeer van het regenwoud bij Capilano, maar het bleef betoverend.
Het strand van de Grote Oceaan is adembenemend mooi: uitgestrekt, heel licht van kleur en het ligt vol met aangespoelde, witverkleurde boomstammen. In de bochten bij inhammen hing een lage mist, op de golven speelden surfers en rond een eiland vlogen zwarte scholeksters. Uiteraard hebben we gepootjebaad, want het is toch wel magisch om te staan aan de rand van het grootste water op aarde, dat we alleen uit de aardrijkskundelessen kenden.
Aan het strand is een informatiecentrum van First Nations (Wickaninnish) met mooie diorama's, o.a. van een boot vol peddelaars en van beren. Ook hier vandaan is het uitzicht over strand en oceaan, met het woud tot vlak aan het zand, adembenemend.

Dichtbij Port Alberni is een stuk bos met de grootste Red Cedars van het eiland: de hoogste is 76 meter, ongeveer 800 jaar oud. De gigantische bomen vormen inderdaad een soort kathedraal in een nauw dal. Jammer genoeg zijn er bij een grote storm in 1997 veel omgewaaid. Men heeft ze laten liggen, niet alleen omdat dit sacrale grond is van de First Nations, maar ook omdat ze voedingsbodem vormen voor nieuwe bomen. Dat is steeds in de regenwouden ook goed te zien, heel fascinerend.

Via internet hebben we geprobeerd om een keuze te maken uit de vele aanbieders van Whale Watching Tours; de een belooft nog meer dan de ander. Vanwege het duidelijke eco-aspect en de minder commerciële indruk kwamen we uit bij Oceanecoventures in Cowichan Bay (spr. Clawikkan Bee). Zij maakten helemaal waar wat ze bieden: bijna zes uur zijn we het water op geweest tussen de vertrekhaven en de Strait of Georgia, de grote waterweg tussen vasteland en Vancouver Island. Langs allerlei kleinere eilanden met o.a. het nest van een Bald Eagle, voeren we met een vaart van 60 km/uur naar open water. Eerst zagen we orka's, zelfs tot heel dicht bij de boot. Er bleek een groep van zo'n 25 stuks te zijn, die daar vast verblijft, maar zich lang niet altijd zo laat zien. Onze capten Terry, opgegroeid in het gebied, nam alle tijd om ons te laten kijken en foto's maken. Hij gaf op alle vragen antwoord en liet zien hoe ze de verschillende orka's van elkaar kunnen onderscheiden: aan de tekening van de vlekken bij de staarten. Daarna ging het door naar een plek waar twee bultrugwalvissen (Humpbacks) zwommen. Ook daar nam hij alle tijd om ons steeds weer te laten ervaren hoe groot en groots deze beesten zijn. Fantastisch.
Op de terugweg voeren we nog even langs een klein vuurtoreneiland met een hele kolonie zeehonden erop en eromheen. Toef op de taart.
Dat we ook nog een mooie ontmoeting hadden met een Nederlandse die, in Amsterdam, "onder dezelfde baas had gediend" als ik in Twente (Hans Schutte), maakte deze dag ook weer tot een highlight.

In Chemainus, een van de plaatsjes aan de noordoost kust van Vancouver Island, zijn ruim veertig grote muurschilderingen, vooral met beelden uit de historie van de houtindustrie. In 1982 zijn ze er mee begonnen en inmiddels is het uitgegroeid tot een project van het hele dorp. Prachtige schilderingen uitgevoerd door kunstenaars met hulp van vrijwilligers. Het voelt alsof je door een goed geïllustreerd geschiedenisboek loopt en je wilt steeds verder kijken of er nog meer zijn.

Hoewel het meer dan de moeite waard zal zijn en het een van de mooiste musea van het land heeft, zijn we toch maar heel even in Victoria geweest om de sfeer op te snuiven. De natuur voerde in deze vakantie nu eenmaal de boventoon. Maar wat vooral weer opviel, was hoeveel zorg men besteedt aan de omgeving: het is er schoon en overal zijn plantenbakken en hanging baskets.

Ons laatste uitstapje was naar het Vancouver Aquarium in Stanley Park. Hier kun je van dichtbij dolfijnen, zeeotters en witte walvissen zien. Allemaal "slachtoffers" van de mens en hier in revalidatie of, als dat niet meer lukt, voor onderzoek. Bovendien waren er veel grote aquaria met voorbeelden van het onderwaterwereld rond de Strait of Georgia. Opvallend vond ik de grote verschillen tussen bijvoorbeeld Port Hardy in het noorden en andere plaatsen meer naar het zuiden van Vancouver Island. In een stuk of vijf grote, mooi verlichte aquaria zwommen kwallen, steeds één soort, heel groot of heel klein. Het leek net of je naar een schermbeveiliging stond te kijken. De tropische afdeling was mooi, maar voor ons niet zo interessant. Opvallend is dat het Aquarium een non-profit organisatie is, die veel aan onderzoek en educatie doet, en vooral dat het er krioelde van de, vooral jonge, mensen die er werkten als vrijwillige gids, schoonmaker, kaartverkoper, noem maar op.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten